Thermiek

Er zijn meerdere factoren die zorgen dat het zweefvliegtuig in de lucht blijft. Een heel belangrijk onderdeel is 'thermiek'. Als er geen thermiek is kan het zweefvliegtuig niet vliegen. Thermiek is eigenlijk een moeilijk wordt voor het stijgen van warme lucht.

Thermiek

Als je naar het plaatje kijkt zie je de volgende onderdelen:

A = de wolk
1 = De aarde
2 = De warme lucht die stijgt
3 = De koude lucht die steeds weer naar beneden cirkelt en plaats maakt voor de warme lucht. Ook wel sink genoemd.

De aarde wordt verwarmd door de zon. De warme lucht stijgt als een warme luchtbel naar boven en de koude lucht cirkelt naar beneden. Een (model)zweefvliegtuig laat je in deze thermiekbellen cirkelen. Door het cirkelen in deze bel stijgt een vliegtuig en kan het hoger vliegen en zo ook langer in de lucht blijven.

De bestuurder van het (model)zweefvliegtuig kan deze thermiekbellen natuurlijk niet met het blote oog zien. Een variometer kan thermiek d.m.v. telemetrie aangeven in de vorm van pieptoontjes maar deze zijn in wedstrijden niet toegestaan.

Dan blijft het herkennen van 'goede lucht' beperkt tot ervaring waardoor het gedrag van de zwever 'gelezen' kan worden. Soms heb je geluk en geven roofvogels of vogels als meeuwen en vooral ooievaars je een aanwijzing.
Daarnaast kan een streamer (lang dun lint een meter of meer boven de grond) je helpen om te zien waar de lucht naartoe gaat. Zeker als het lint een andere kant opgaat dan de normale windrichting.

Thermiek ontstaat dus alleen als de aarde verwarmd wordt en daarom zien we ook bij slecht weer geen zweefvliegtuigen vliegen.

Een andere factor die ervoor zorgt dat het zweefvliegtuig in de lucht blijft zijn de vleugels. De vleugels van het zweefvliegtuig zijn aan de bovenkant een stuk boller. Ontwerpers hebben dit gedaan om een 'lift' te creƫren.
De lucht gaat onder en boven de vleugel langs. Omdat de bovenkant boller is duurt het langer voordat de lucht over de vleugel heen is. Aan de onderkant is de vleugel recht en daar gaat de lucht dus sneller onderdoor. Omdat de lucht aan de onderkant sneller gaat en aan de bovenkant langzamer ontstaat er een opwaartse kracht die 'lift' genoemd wordt. Deze lift zorgt ervoor dat het zweefvliegtuig op hoogte blijft zweven.

Aangezien Thermiek zich met de wind mee beweegt zal er telkens opnieuw naar thermiek moeten worden gezocht omdat de zwever uiteindelijk te ver van je vandaan zal zijn.

Basis voor de aangepaste text: Wikipedia